Argumenten schema, gemaakt met FreeMind. Ondersteunende argumenten in groen, afwijzende argumenten in rood.


Hierop hield mevrouw
Wittenberg haar dagelijkse activiteiten
bij, volgens de huishoudster. Dus niet
haar afspraken, die gingen in een boekje
bij de telefoon dat verdwenen is.
Inderdaad is de kalender ingevuld tot de
dag met haar laatste levenstekenen
(vrijdag 24 september) en stonden er geen
afspraken van de week erna op.
Zes tot zeven getuigen
zagen mevrouw Wittenberg nog op 24
september. Hun verklaringen kunnen in een
tijdlijn worden geplaatst als twee
uitstapjes, naar de begraafplaats met de
auto en naar Albert Heijn te voet. De
verbalisanten verzuimden door te vragen.
Hierop schreef mevrouw Wittenberg gegevens
op, die zij donderdagavond van Louwes
hoorde. Daarna schreef zij nog
gegevens op die ze mogelijk van haar
beleggingsspecialist vernam
(lijfrentepolis). Dat kan moeilijk anders
dan op vrijdag zijn geweeest.
Deze telefoon registreerde alle recent
binnengekomen oproepen, ook als ze niet
werden opgenomen. De recherche
onderzocht het toestel tweemaal en
realiseerde zich niet, dat de
reconstructie rond het belgedrag van de
schoonheidsspecialiste nu niet meer
klopte.
De verklaringen van Wilma
kon de recherche niet kloppend krijgen,
waardoor zij niet bestaande data in het
verhoorverslag moesten plaatsen. Later
werden haar telefonische oproepen
gereconstrueerd op een wijze, die
strijdig is met de registraties in het
nummerweergavegeheugen, zoals op
zaterdagmiddag reeds had kunnen worden
vastgesteld. Dit onderzoek werd in 2007
nadrukkelijk bevestigd maar de
consequenties werden niet onder ogen
gezien.
Donderdagmiddag
kocht mevrouw Wittenberg broodjes en een
paar ons broodbeleg, goed voor een paar
lunches. Ook kocht zij vlees, waarvan ze
één stuks donderdagavond opat. De
recherche vroeg zich niet af, waar die
broodjes en vleeswaren gebleven konden
zijn, als zij donderdagavond al om het
leven kwam.
De kamertemperatuur hangt af van de
buitentemperatuur, die boven de 20 oC
kwam. Binnen bleef het nog een tijdlang
behaaglijk warm. Geen reden voor een dik
vest, waar mevrouw Wittenberg wel in
werd aangetroffen.
De
sporen werden netjes opgenomen in
wattenstaafjes en opgeslagen. Daarna
werd er niets meer mee gedaan, ook al
werden ze in 2003 teruggevonden. De
bewering van Visscher is duidelijk
onjuist.
Ook op de blouse van het
slachtoffer zijn vele vochtsporen
zichtbaar. De aard van de sporen
verraadt dat ze uit het vest afkomstig
zijn. Hoe dat vest zo vochtig kon worden
valt niet meer te achterhalen, want het
vest verdween.
Indien men alle gevonden
vochtsporen in de plattegrond
projecteerd ontstaat een herkenbaar
patroon: het slachtoffer werd via de
trap van de bovenverdieping naar de
huiskamer vervoerd.
De toestand van het vest maakt
duidelijk, dat het slachtoffer werd
voortgesleept, waardoor blouse en vest
naar boven werden getrokken.
Vermoedelijk daarbij sprong een knoop
van de blouse. Ook de stand van de
rechterarm - zie de plattegrond - wordt
dan verklaarbaar.
Mevrouw Wittenberg ging iedere
zaterdagochtend naar de kapper. Logisch
dat ze dan vrijdagavond de
haarversteviging vast uit haar kapsel
borstelde. En dat had ze ook
daadwerkelijk gedaan. Er was geen
vrouwelijke rechercheur te vinden in het
team, om een dergelijk detail op te
merken.
De kranten- en
poststapel bevatte een ongerijmdheid.
Het avondblad van vrijdag lag in de
positie van een ochtendblad. Dat was het
Deventer Dagblad alleen op
zaterdag. De dader was hier niet van op
de hoogte, toen hij zijn mise-en-scene
uitvoerde. De recherche (uit Zwolle) was
echter ook niet op de hoogte. Het middel
bewijst bij nadere reflectie dat het
delict na vrijdagmiddag is gepleegd.
De grote bloedvlekken
(links op de plaats delict) gaven nog
steeds bloed af na de vondst van het
slachtoffer, zie de nieuwe afdrukken in
de overeenstemmende kleuren. Als
bloedvlekken al zo lang waren
blootgesteld, hadden ze allemaal
opgedroogd moeten zijn.
Binnen de eerste 32 uur
worden ogen altijd troebel en binnen 24
uur vertonen ze rimpelvorming. Het
eerste verschijnsel is nergens
waarneembaar, het tweede is pas na de
vondst van het slachtoffer zichtbaar
geworden. Hieruit blijkt weer een recent
overlijden.
De houding van armen en
benen werd gewijzigd bij het afvoeren
van het stoffelijk overschot. Dat heft
de rigor mortis op. Alleen als de dood
minder dan 20 uur geleden was ingetreden
komt de rigor mortis weer eniger mate
terug, zoals ook hier. De rigor mortis
in het kaakgewricht ten tijde van de
secrtie was nog steeds maximaal, wijzend
op een overlijden binnen de laatste twee
etmalen.
De
maag bevatte 200 cc voedsel
(sectieverslag), dat is ongeveer een
kwart van een volle maag. In zo'n geval
verkleint de maag zich. De recherche
meende te begrijpen, dat de maag nog
goeddeels gevuld was en kwam daarmee op
een verkeerd tijdpad.
Het wegdrukken van livor
mortis is een aanwijzing voor het PMI.
Boven de 30 uur wordt de livor mortis
onder toenemende druk juist donkerder.
Hier was de livor mortis tijdens de
sectie nog wegdrukbaar, hetgeen op een
overlijden in de kleine uurtjes van
zaterdag wijst.
In
beide handen verloopt de grens van de
livor mortis niet horizontaal, hetgeen
toont, dat het slachtoffer in een andere
houding overleed en in die houding
geruime tijd werd achtergelaten
(minstens ongeveer zes uur).
Het wel of niet verplaatsen van livor
mortis vlekken kan worden gebruikt om
veranderingen in de positie van een
stoffelijk overschot te reconstrueren,
inclusief tijdlijn.
De
veranderingen, zoals waargenomen aan de
livor mortis patronen (plaats delict en
sectie) passen bij deze uitgangspositie.
Argumenten schema, gemaakt met FreeMind. Ondersteunende argumenten in groen, afwijzende argumenten in rood.