Livor Mortis

Video over livor mortis
Video over bepaling PMI

Livor Mortis ontstaat, doordat binnen een uur na overlijden bloed zijn stollende eigenschappen verliest en de rode bloedlichaampjes zich verzamelen in het onderste deel van het lichaam, mede omdat de bloedsomloop gestopt is. Er vindt dan een paarsachtige verkleuring van de huid plaats, omdat deze rode lichaampjes doordringen tot in de haarvaten en van daaruit in het omringende weefsel. Later breekt de hemoglobine (door autolyse) uit de rode bloedlichaampjes en wordt de verkleuring permanent. Pas door verdere ontbinding (putrefactie) wordt de livor mortis weer onzichtbaar.


Geheel eenduidig is de ontwikkeling van livor mortis niet, wel zijn er opvallende tendensen (Universiteit van Dundee):

  1. Fading of the primary pattern of lividity and development of a secondary pattern of lividity will be quicker and more complete if the body is moved within, say, the first six hours after death, than at a later period.

  2. The fluidity of the blood is not characteristic of any special cause or mechanism of death although many texts state that the blood remains liquid longer in asphyxial deaths. (Hier geldig!)

  3. After about 10-12 hours the lividity becomes "fixed" and repositioning the body, e.g. from the prone to the supine position, will result in a dual pattern of lividity since the primary distribution will not fade completely. Fixation of lividity is a relative, rather than an absolute, phenomenon, but nevertheless, well developed lividity fades very slowly and only incompletely.

Zie ook Brinkmann & Madea (2004):

Voorts (Forensisch Medisch Genootschap):

  1. Tijdstip van ontstaan: Ontstaan: 1,5 tot 2 uur PM (variatie 1 tot 4 uur);

  2. Volledig: 6 tot 12 uur PM (variatie 1 tot 14 uur);

  3. Omkeerbaar : volledig tot 4 uur PM (variatie 1,5 tot 6 uur) onvolledig 4 tot 10 uur PM;

  4. Wegdrukbaar: volledig tot 8 uur PM (variatie 3 tot 12 uur) onvolledig 8 tot 12 uur PM (variatie 6 tot 15 uur).

Waarnemingen

Op beide handen van het slo is een livor mortis patroon te zien.


Linker hand van het slo, met uitgebreide livor mortis

Rechter hand van het slo, ook hier livor mortis

Geen van beide handen ligt vlak op de grond. Dit wijst erop, dat er rigor mortis is ingetreden, terwijl het slachtoffer in een andere houding lag.

Voorts is zichtbaar a.h.v. een combinatie van drie foto's pd, dat de linker hand in een onnatuurlijke houding ligt:




Foto's van het slachtoffer op de PD. Van belang is de positie van de hand en daarin weer de positie van het livor mortis effect. Deze foto is het duidelijkst, maar geeft betrekkelijk weinig informatie omtrent de ligging van de arm en de ligging van het overgangsniveau van de livor mortis in de hand.

Door de uit verschillende cameraposities genomen foto's te combineren in een 3D-animatie, wordt de positie van de arm en de hand duidelijker. (foto's rapporten NFI 2004 en Technische Recherche 1999)

De arm 'staat' als een stijve boog tussen vingertoppen en elleboog. In de laatste foto is nu ook de duim herkenbaar als silhouet tegen de rand van het tapijt. Het t.o.v. het horizontale vlak gekantelde niveau van de livor mortis is nu duidelijker.

De medisch-forensische betekenis hiervan: het slachtoffer overleed niet in deze positie en werd vele uren na overlijden alsnog verplaatst. En het overlijden is betrekkelijk recent.


De animatie werd gemaakt met FotoMorph.
Reconstructie, gebaseerd op originele PD-foto's. Zover zichtbaar, is de livor mortis bezig weg te stromen over de bocht in de pols. Dit is consistent met een verplaatsing van het sto meerdere uren na de dood en een nog niet voltooide teloorgang van het oorspronkelijke patroon.

De grens tot waar de livor mortis zichtbaar is klopt niet. En de hand vertoont ongebruikelijk veel livor en de aangrenzende arm juist helemaal niets. Dit alles suggereert, dat de armen van het slachtoffer omlaag hingen.

Ook de rechter hand vertoont livor mortis. Tijdens de sectie -24 uur later- werd alleen een blauwe plek (bloeduitstorting) op de rug van de hand waargenomen.

En ook hier loopt de grens niet parallel aan de vloer. En ook hier zijn tekenen van beweeglijkheid in het patroon, zie bij voorbeeld de vingertoppen. Het livor mortis bloed kan zo nooit in de vingertoppen terecht zijn gekomen.

Reconstructie ligging hand tijdens overlijden, en het ontstaan van het livor mortis patroon, uitgaande van eventuele ligging op de trap.

Brengen wij alle gegevens tezamen, dan ontstaat de volgende constructie, wat betreft de houding, waarin het slachtoffer onmiddellijk na overlijden werd achtergelaten:



Ligging van het stoffelijk overschot, zodanig gerecontrueerd, dat daarmee de livor mortis patronen in hoofd en handen verklaarbaar zijn. In ieder geval hingen de handen omlaag.


Meer over de andere PM verschijnselen hier.

Gewenst:

  1. foto's van het slo van enige tijd later op de PD; van de blouse zijn die bekend.

  2. de expertise van een patholoog-anatoom